Op dit werkblad kunnen de kinderen hun gezin tekenen. Wie horen daar allemaal bij? Dat is per kind natuurlijk verschillend. Als het klaar is zet je er daarom zelf nog even onder wie ze allemaal hebben getekend.
Dit ben ik!
Dit is een werkblad waarbij de kinderen over zichzelf gaan tekenen. Wat ze graag eten, wie hun vriend(in) is, wat ze graag doen en wat hun huisdier is. In het midden is ruimte voor een pasfoto van het kind, zodat ouders meteen kunnen zien over wie het gaat. Je kunt er zelf nog dingen bijschrijven, zodat ouders terug kunnen lezen wat het kind precies heeft getekend. Altijd leuk om op te hangen in de klas aan het begin van het schooljaar.
Spring! Spelletjes met cijfer- en letterkaarten
Ik gebruik in de klas regelmatig cijfer- en letterkaartjes bij de kringactiviteiten. Ik had deze kaartjes ooit al eens gemaakt, maar nu in een nieuw jasje gestoken en nét even wat mooier gemaakt. Altijd handig om erbij te hebben! Hiermee kun je ook het spel spring! spelen. Uitleg vind je in de bijlage.
Het grote kleuren- en vormenspel
Zo tegen de vakantie aan wil ik ouders en kinderen de mogelijkheid geven om een gezellig en leerzaam spelletje te spelen, waarbij de kleuren en vormen aan bod komen. Daarnaast is het natuurlijk ook een goede rekenoefening! Je hebt deze bijlagen nodig en een dobbelsteen + aantal pionnetjes.
Het grote kleuren- en vormenspel vragenkaartjes
Het grote kleuren- en vormenspel spelbord
Placemat Koningsontbijt *vernieuwd*
Vorig jaar heb ik deze placemats gemaakt voor keuters en groep 3. Gezellig bij het koningsontbijt.
Natuurlijk moet het jaartal dan even worden aangepast. Dat is nu gedaan! Eet smakelijk!
Woordkaarten voor spelletjes kleuters
Groep 2 doet bij mij regelmatig spelletjes met hakken en plakken. Ik heb daarvoor wat kaarten gemaakt die goed in te zetten zijn. Er zijn verschillende activiteiten aan de kaarten te koppelen:
1a. Je ziet een plaatje van een kast. Uit hoeveel letters bestaat het woord? Leg evenveel dopjes neer.
1b. Je ziet een plaatje van een kast. Hak en plak het woord. Schrijf de letters met een (whiteboard)stift eronder.
Letterkaarten
2a. Je ziet een plaatje van een kat en het woord eronder. Hak en plak de letters.
2b. Je ziet een plaatje van een kat en het woord eronder. Welke letter staat/hoor je aan het begin/midden/eind?
2c. Je ziet een plaatje van een kat en het woord eronder. Leg met (magneet)letters het woord na.
Woordjes voor magneten
Woordjes voor magneten hoofdletters